Wie ben ik dat ik een boek schrijf?

Nu mijn boek hopelijk zo goed als af is – er heeft zich nog iemand gemeld voor correcties op spelfouten en interpunctie – begin ik het toch een beetje spannend te vinden. Dat vind ik het eerlijk gezegd al een hele tijd. Vanwege de vraag die ik gisteren stelde, maar ook om de inhoud van het boek zelf. Dat gaat ver terug. Zelfs tot voor ik drie jaar geleden aan het hele project begon. Ik ben namelijk geen psychiater of iets dergelijks. Dus ik vroeg me af of dat wel kon, schrijven over mijn bipolaire stoornis. Met schrijven had ik niet zo’n moeite, maar het idee het te publiceren lag wat gecompliceerder. Immers, ik heb er niet voor gestudeerd. Nou had ik al het idee om vooral mijn ervaringen op te schrijven en hoe ik die (be)leefde. En zo lang ik daar maar bij bleef, kon het volgens mijn behandelaar geen kwaad.

De eerste versie van het boek werd vreemd genoeg nog een opsomming van tips op basis van mijn ervaringen, maar die wilde ik in instantie niet opschrijven. Het resultaat was een onevenwichtig boek omdat de tips uit de lucht gegrepen leken te zijn, hoewel ze dus echt wel gebaseerd waren op mijn ervaring. Maar die had ik dus weggelaten.

In de tweede versie heb ik dat probleem blijkens enthousiaste proeflezers weten te tackelen en ik had er dan ook alle vertrouwen in dat het boek geaccepteerd zou worden door een uitgever. Helaas was dat nog niet het geval. Wel kreeg ik tips mee waar ik mee aan de slag kon. Die tips zetten mij weer aan het denken. Ik had in de versie die ik naar de uitgeverij stuurde vooral oog gehad voor het wat en het waarom in mijn verhaal. Zo vatte ik althans hun opmerkingen op. Het kon nog praktischer. En dat was ergens ook een mooie uitdaging.

Ik had namelijk twijfels over het hoe. Het wat en waarom kwam volgens mij wel uit de verf, het hoe niet echt. En dat kwam doordat het hoe grotendeels gebaseerd is op dagelijkse gewoontes. En ik had het gevoel dat dat eigenlijk een boek op zich was. Maar door de opmerkingen van de uitgever ging ik daar nogmaals over nadenken en realiseerde ik me dat ik het hoe er wel in kon zetten. Ik kon proberen het hoe zo goed mogelijk uit te leggen en dat heb ik ook gedaan. Achterin het boek, om het bestaande verhaal niet nodeloos te onderbreken.

Ik heb het idee dat nu het wat, het waarom en het hoe alle drie goed uit de verf komen. Er was voor mij nog een reden om toch wat extra aandacht aan het hoe te besteden. Het hoe, dagelijks gericht over mijn bipolaire stoornis nadenken, is wel degelijk aan de orde gekomen tijdens mijn behandeling. Maar alleen kort tijdens de bespreking van de de zogeheten life chart. Maar toen mij duidelijk dat dat voor mij inhield dat ik in kleine boekjes moest gaan priegelen, zag ik de life chart niet meer zitten. Dat was voor de smartphones. Helaas bleef het bij die afwijzing. We hebben toen niet stilgestaan bij de functie van de life chart: precies, dagelijks nadenken over je bipolaire stoornis.

En doordat we daar niet bij stilstonden, heb ik nog jaren geen idee gehad van de voordelen van dagelijks gestructureerd nadenken over mijn bipolaire stoornis. Met alle gevolgen van dien. Vandaar dat ik het toch maar zo duidelijk mogelijk heb opgeschreven in mijn boek. Met vermelding dat wat ik allemaal opschreef in boek mijn ervaring is, dat het misschien voor anderen niet hetzelfde resultaat oplevert en dat ik zeker geen behandelaar ben, maar sommige dingen wel graag jaren eerder met een behandelaar had gedaan.

~~~

Afbeelding van Andi via Pixabay

Of ik nooit meer manisch word?

Best lastig, bloggen tijdens het herschrijven van mijn boek, merk ik. De balans tussen aandacht vragen voor het boek en niks willen weggeven. Nou ja, weggeven, hoe meer ik met het boek bezig ben, hoe minder ik er op mijn blog over meen te mogen schrijven. Stel dat mensen straks moeten betalen voor iets wat ze hier allang hadden kunnen lezen. Nou zal dat op punten toch al wel het geval zijn, dus daar kan ik me beter maar niet meer druk over maken.

En dan is er natuurlijk nog de brandende vraag of het feit dat ik een boek schrijf over hoe ik met mijn bipolaire stoornis omga, en wat ik daarbij in de loop daar jaren allemaal door heb meegemaakt, betekent dat ik denk dat ik nooit meer een manie zal krijgen, al dan niet gevolgd door een depressie. Zoals je in het boek zult kunnen zien had ik hier net zo goed ‘hoe mijn bipolaire stoornis jarenlang met mij omging’ kunnen schrijven, maar dat terzijde.

Om die vraag dan ook maar meteen te beantwoorden: ik weet het echt niet. Ik hoop het wel, maar een sluitend antwoord geven op die vraag is onmogelijk. Het is kijken in een glazen en ik heb geen zin als een waarzegger voorspellingen te doen. Toch is daar niet alles mee gezegd. Ik hoop dat ik zeker de afgelopen vier jaar veel heb bijgeleerd over wat ik kan doen om de stoornis onder controle te krijgen en te houden.

Ik ben de afgelopen jaren misschien als een detective en journalist in één op zoek geweest naar antwoorden die me jarenlang door de vingers waren geglipt. Via de blogs van vrienden vond ik nieuw gereedschap dat me erg nuttig leek en waarmee ik de zoektocht wel wilde voortzette. En het bleek uiteindelijk alle verschil te maken en ik vond mijn antwoorden.

Toch was het in januari weer raak. Maar het was eerlijk gezegd vooral schrikken en leerzaam. Op basis van mijn eerdere zoektocht kon ik het plaatje meteen invullen en wist ik ook waarom het mis was gegaan. In het verleden leidde deze situatie soms tot een halfjaar of zelfs anderhalf jaar misère. Daarnaast heb ik door januari mijn signaleringsplan nog eens veel verder kunnen aanscherpen. Ik signaleer nu niet alleen dagelijks in mij hoofd, maar ga er ook voor zitten en leg het vast. Elke dag.

Daardoor hoop ik nog alerter te zijn. Maar nee, weten of ik nooit meer manisch word, dat doe ik niet.

~~~

Afbeelding van Patricia Hébert via Pixabay

Waarom ik zo vaak over gewoontes blog? (En nu even een tijdje niet heb geblogd.)

De eerste blogger die ik in levenden lijve ontmoette, was Jacob Jan, tegenwoordig kennen we haar als Emma. Ik leerde haar kennen op een bijeenkomst over werken en slechthorendheid. Maar het was vooral zijn enthousiasme over bloggen dat me bijbleef. Ik had er toen nog geen, wel net een blog geschreven op het groepsblog van mijn toenmalige werkgever. Dat maakte me zeker ontvankelijk voor JJ’s enthousiasme. Want of ze nu JJ of Emma heet, haar enthousiasme maakt mij vaak ook enthousiast.

Via haar blog kwam ik al snel bij Elja en Blogpraat uit. En ik stiekem jaloers op Elja en Emma dat ze iedere dag blogden. Er kwam bij mij iets tussendoor dat ook wel bekend staat als bipolaire stoornis en dat ervoor zorgde dat ik ruim een half jaar niet blogde. Het zorgde er hoe dan ook voor dat ik niet iedere dag ging bloggen, maar uiteindelijk heeft dat iedere dag bloggen me wel geholpen om te gaan met mijn bipolaire stoornis.

Het begon op mijn negentiende met een depressie en daarna regelmatig manieën. Het herstel tot op het punt dat ik me weer zo goed voelde als voor ik ziek werd, kostte mij meestal een jaar tot anderhalf jaar.

En het werd ondanks vele gesprekken en onderzoeken bij de ggz maar niet duidelijk hoe het kwam. Gelukkig wilde ik nog altijd iedere dag bloggen en kwam Peter met een uitdaging naar keuze op de proppen. Ik koos 6 juni 2015 voor iedere dag tien minuten wandelen. Ik doe het nog steeds, en in veruit de meeste gevallen meer.

In 2016 moest ik studeren voor een omscholing. Gezien bovenstaande zal het niet verbazen dat ik dat elke dag deed. Met Anki en met succes want ik haalde met veel plezier en gemak mijn certificaat. Het ging al met al best lekker, alleen had ik 2018 en vooral 2019 flink wat te stellen met een manie.

Maar een psychiater in opleiding boog zich over mijn casus. Het mocht alleen niet echt baten. De manie was wel redelijk snel weg, zoals gewoonlijk, maar ik was ook zoals gewoonlijk onderweg naar een jaar tot anderhalf jaar zonder veel vertrouwen. Gelukkig maakte ik toen, eind 2019, van nadenken over mijn manieën een dagelijkse gewoonte.

En dat veranderde mijn leven. Ik vertel er volgende keer meer over want dit is precies waarmee ik lotgenoten wil helpen. Ik ben vast niet de enige met psychische problemen die misschien baat kan hebben bij dagelijkse gewoontes. Vandaar ook mijn boek in wording. Want ik ontdekte zo wat mij triggerde en hoe ik daar dagelijks op moest letten.

~~~

Afbeelding van Dorothe from Pixabay

Ik hoor weer maar voor hoelang?

Met mijn experiment gaat het de goede kant op maar dat kan ik helaas niet van alles zeggen. Het heeft gelukkig een keer niets met mijn bipolaire stoornis te maken maar met mijn gehoor. Drie jaar geleden, toen ik na vijf jaar weer recht had op nieuwe toestellen, bleek bij de test van de audioloog dat mijn gehoor in vijf jaar zo hard was achteruit gegaan dat niet meer kon volstaan met een categorie 4 hoorapparaat, maar toestellen nodig had uit de zwaarste categorie, categorie 5.

Het jaar daarna heb ik het vanwege corona niet laten testen, maar vorig jaar werden mijn vermoedens bevestigd: mijn gehoor was verder achteruit gegaan. Dat betekende dat ik nog meer moet letten op het schoon houden van de toestellen en het vervangen van de slangetjes. Ik kom dan ook regelmatig bij de audicien.

In april was ik er voor het laatst. De avond daarvoor had ik bezoek en het viel zelfs mij op dat ik hard had gepraat. Meestal een teken aan de wand. Gelukkig konden de toestellen wel weer schoongemaakt worden waardoor ik weer beter hoorde. Dat effect bereik ik ook ongeveer met jaarlijks mijn oren uit laten spuiten in de winter.

Vorige week leek het me nodig om mijn gehoorapparaten weer na te laten kijken. En omdat dat niet meteen ging: een afspraak maken voor een gehoortest. Vanmorgen was het zover. En inderdaad, vooral rechts was mijn gehoor achteruitgegaan. Gelukkig was er ruimte om mijn huidige toestellen bij te stellen en heb ik, en ik niet alleen, nu het idee dat ik weer beter hoor.

De vraag is alleen: voor hoelang? En kan ik er nog wat meer aan doen? Wordt vervolgd dus. Ik vind dit echt lastig: ik heb geen controle. Goed, ik kan mijn toestellen goed (laten) onderhouden, maar als het gehoor zelf achteruitgaat, dan wordt het lastig. Het kan nog opgevangen worden door de techniek, maar we hebben vanmorgen uiteraard mijn gehoor zonder hoorapparaten gemeten.

En de uitslag was duidelijk. Ik heb nu al grote moeite om dingen te verstaan in groepen. Gelukkig is veel van mijn communicatie getypt en ben ik voor nu weer even gered tijdens gesprekken. Maar ik herhaal: voor hoelang?

Het doet me ergens toch denken aan mijn bipolaire stoornis. Die lijk ik onder controle te hebben gekregen, deels door eigen toedoen. Maar met mijn gehoor heb ik het idee dat ik minder controle heb, dat het maar afwachten is hoe mijn gehoor zich ontwikkelt, en of dat te ondervangen blijft met het bijstellen van hoorapparaten.

Een experiment: dagelijkse alle dingen doen uit mijn gereedschapskoffer voor een goed gevoel

Wat ik woensdag eigenlijk wilde zeggen maar nog niet durfde was dat ik me al een week of wat behoorlijk klote voelde. Lang niet zo erg als gewend ben na de terugslag van een manie, want die heb ik in januari natuurlijk wel degelijk gehad. Een milde terugslag dus, maar wel eentje waarvan ik het idee had dat ik er iets mee moest om erger te voorkomen.

Daar was ik dus woensdag over na aan het denken. En ik kwam op een idee dat ik gelijk vanaf donderdag uit ging voeren in een klein experiment dat loopt tot en met volgende week zondag. Daarna evalueer ik en verleng ik het misschien tot eind juli. Of ik maak het al meteen tot de nieuwe standaard. Dat weet ik nog niet, want ik merk namelijk in de vierde dag dat ik er nu mee bezig ben dat ik me wel stukken beter voel, maar dat het me nog wel wat moeite kost.

Het gaat namelijk deels om gewoontes en dat is in het begin altijd wennen, heb ik gemerkt. Zoals ik er nu over denk is het wel een moeite die ik er graag voor over heb. Laat ik toch maar uitleggen wat ik heb bedacht. In het voorjaar volgde ik bij de ggz een WRAP-cursus. Dat staat voor Wellness Recovery Action Plan van het Copeland Center. Een groep Amerikaanse ggz-cliënten onder leiding van Mary Elllen Copeland ontwikkelde dit plan in 1997 door op te schrijven wat zij gemist hadden in hun reguliere behandeling. Waar ken ik dat van?

Van theorie naar dagelijkse praktijk

Hoe dan ook, van de WRAP is wetenschappelijk vastgesteld dat het werkt en wordt inmiddels wereldwijd onderwezen. Een van de onderdelen, waar ik zelf nooit zo over na had gedacht, is de gereedschapskoffer voor een goed gevoel. Welke dingen kun je op basis van ervaringen uit het verleden doen voor een goed gevoel? Stel: je voelt je niet goed, wat kun je dan doen om je beter te voelen? Schrijven en wandelen helpen mij bijvoorbeeld. Die stop ik in mijn koffer. Hoe je die koffer vormgeeft en wat je erin stopt, mag je helemaal zelf weten. Inhoud en uiterlijk zijn voor iedereen anders. Een van mijn medecursisten had letterlijk een koffer gehaald in de kringloopwinkel. Zelf heb ik gewoon een Word-document in een opgave in Anki (tekst en plaatjes).

Ik voelde me dus al een tijdje rottig. Om persoonlijke redenen die gelukkig wel goed afliepen en om mijn boek waaraan ik toch nog een keer moet sleutelen, maar daar schrijf ik volgende week misschien wat over. Maar ik bedacht dus woensdag: wat zou er gebeuren van ik vanaf morgen elke dag alles doe wat in mijn koffer voor een goed gevoel zit?

Het resultaat in de vierde dag is dat niet alles helemaal lukt – want deels dus ook nieuwe gewoontes – maar dat ik mijn neerslachtigheid kwijt ben. Ik experimenteer nog even verder.

~~~

Afbeelding van Peter H via Pixabay

Alles viel de afgelopen maanden anders maar dat biedt kansen

Daar zit ik dan. Bloggend op 21 juni. Terugkijken op hoe het jaar tot nu toe liep en hoe ik me voel. Terugkijken wil ik niet lang realiseer ik me. Ik heb de Backspace knop net gebruikt. Ik wil vooruitkijken. Ik heb namelijk het idee dat ik de kans heb mezelf de komende tijd opnieuw uit te gaan vinden. En die mogelijkheid die wil ik graag benutten. Ik heb het idee dat lotgenoten helpen nog steeds belangrijk voor me is. Alleen het hoe en wat nog.

Maar er is iets bij gekomen. Ik heb een beetje het gevoel dat ik niet goed genoeg ben om anderen te helpen. Dat is een rottig gevoel, maar ik houd me vast aan de gedachte dat ik me vaker uit een dal heb weten terug te knokken. Ik heb een prachtige gewoonte- en gezondheidsscorekaart en die wil ik deze zomer intensiever gaan inzetten. In mei had ik namelijk ineens twee weken dat ik me erg goed voelde. Het kon er iets mee te maken hebben dat ik alle vakjes moeiteloos groen kleurde.

Alle seinen op groen? Niet helemaal

Tot er iets gebeurde dat te maken kon hebben met mijn bipolaire stoornis. Ik schrok en liet al snel alle goede intenties vallen. Weg waren de groene vakjes. Nu ben ik van de schrik bekomen ben en realiseer me inmiddels dat wat er gebeurde niet per se met een hypomanie te maken hoeft te hebben. Het kon iedereen overkomen, denk ik.

Daarnaast heb ik me de afgelopen tijd verdiept in Zelfcompassie, het boek van Kristin Neff. Dat helpt me ook omdat het de mogelijkheid biedt om naar dingen te kijken voor je reageert. Daar dacht ik al tamelijk goed in te zijn, maar beter kan altijd. Het boek gaat ook over vergeven en er bleek toch wat oud zeer opgehoopt te hebben gezeten in mijn ziel, zie de vorige alinea. Hopelijk ben ik er nu klaar mee.

Wat ik in in ieder geval weet is dat ik vanaf morgen weer alle vakjes groen ga proberen te kleuren. Kijken wat dat met me doet. In eerste instantie als experiment tot en met volgende week zondag. En ik ben benieuwd of er een antwoord komt op de vraag die me nu al een maand achtervolgt: voelde ik me zo goed omdat ik alle vakjes groen kleurde? Of kleurde ik alle vakjes groen omdat ik me zo goed voelde?

Tot snel.

~~~

Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay

Avondmens of toch ochtendmens?

Als klein kind ging ik al laat naar bed. Ik was altijd een avondmens maar de laatste jaren is het me gelukt om wel in de avonden op tijd naar bed te gaan. Ik realiseer me maar al te goed hoe belangrijk voldoende slapen voor mij is. Daar ga ik graag vroeger voor naar bed. Om 23:00 uur ben ik nog maar zelden op. Vroeger haalde ik de 00:00 met regelmaat. Maar dat had wel gevolgen.

Bij al mijn of in ieder geval praktisch al mijn manieën speelde slaapgebrek een rol. Lang dacht ik dat er niks aan de hand was als ik maar fit wakker werd ’s morgens. Maar juist in die gedachte, schuilt een gevaar, heb ik recent ontdekt. Hoe sterker de greep van een manie raak, hoe minder uren ik slaap. Terwijl ik wél fit wakker word. Daar heb ik van geleerd dat ik toch echt minstens zeven tot acht uur slaap per nacht nodig heb. Dat is goed slapen tegenwoordig voor mij.

En gelukkig kan ik zeggen dat dat zeven tot acht uur slapen ook lukt en ik denk dat nu het moment is om te kijken of ik op een veilige manier nog wat meer een ochtendmens kan worden. Omdat ik nooit echt wist wat ik met slapen aan moest, qua manieën dan, koos ik vaak voor een langzame start van de dag met flink wat snoozen van de wekker. Dat beviel me eigenlijk wel, en het voelde ook wel veilig. Rustig op gang komen leek mij heel verstandig.

De eerste helft van de vorige maand was ik echter zo enthousiast door de Fearless Living Academy van Leo Babauta, waar ik me bij aangesloten had, dat ik een paar keer voor de wekker wakker werd. Dat is voor mij een zeldzaamheid. En ik stond ook nog energiek op ook. Geweldig, alleen jammer dat het eindigde met een hypomanie. En dat terwijl ik nou niet uren eerder wakker werd, hooguit een half uur voor de wekker. En ik had ook nog steeds zeven tot acht uur geslapen. Hoe dan ook: ik werd energieker wakker, er gebeurde iets waarvan mijn behandelaar dacht dat het een hypomanie was. Maar ik schreef gisteren al dat die hypomanie geen hypomanie was, zoals ik deze week ontdekte. Maar toen had ik allang alles laten vallen en dat betekent dat alle seinen al een maand op groen staan.

Daarom lijkt het me een goed idee om deze zomer eens te kijken wat er met me gebeurt als ik daadwerkelijk meteen met de wekker opsta. Ik weet hoe belangrijk zeven tot acht uur slapen per nacht voor mij is. En ik weet op welke signalen ik nog meer moet letten. Dus hoef ik de snooze-knop niet meer als soort van veiligheidsmechanisme te gebruiken.

Ik ben benieuwd wat het me op gaat leveren.

~~~

Afbeelding van Larisa Koshkina via Pixabay

Gereedschapskoffer voor een goed gevoel

Gisteren nam ik een besluit. Het was precies vier weken geleden dat ik een hypomanie had. Althans, dat was de lezing van mijn behandelaar nadat ik haar mailde. Dat deed ik ongeveer een uur nadat ik iets deed wat ik herkende van eerdere manieën. Het was schrikken en maar al te herkenbaar van eerdere manieën. Gelukkig kon ik het met de persoon in kwestie uitpraten. Wel leek het me nuttig om even een time out te nemen. Wat er gebeurde, overkwam me normaal alleen tijdens een manie, als ik achteraf lang te weinig medicijnen had geslikt, als ik bewust of onbewust signalen had genegeerd. Dán kon zoiets als hierboven gebeuren.

Twijfel

Nu wist ik echter heel zeker dat al die dingen niet aan de hand waren. Ik slikte een flink hogere dosering van mijn medicijnen, ik hield dagelijks mijn signaleringsplan bij en daarbij wees niets op problemen. Alhoewel, toen ik wat nauwkeuriger naar de voorbije paar weken had gekeken, zag ik dat ik 2 keer 2 dagen signalen had gemist. Verklaarbaar want dit waren signalen waarop ik in het verleden alleen maar op lette als andere signalen zich voor hadden gedaan. Dat was dus even wennen, vandaar dat ik die signalen had gemist. Dus ik ging mee in de analyse van mijn behandelaar. Gelukkig kon ik het wel uitpraten met degene tegen wie ik uitgevallen was.

Het betekende voor mij dat ik even alles uit handen liet vallen, terwijl het juist zo lekker ging. Ik had een Wellness Recovery Action Plan-cursus gevolgd en daar onder andere een gereedschapskoffer voor een goed gevoel samengesteld. Dingen die je elke dag kunt doen voor een goed gevoel. In mijn geval tien dingen. Maar dat liet ik dus vallen. En ik liet ook het forum van Leo Babauta een beetje vallen waar ik me bij had aangesloten. Bepaald niet helemaal want ik vond het veel te leuk om met gelijkgestemden over gewoontes en veel meer te praten. Ik was bij dat forum uitgekomen omdat de basis van mijn boek ooit gelegd is door blogs over een boek van Babauta.

Geen hypomanie maar wat dan wel?

Ik liet dus behoorlijk wat vallen en weet nu heel zeker dat ik nu geen manie of hypomanie heb en waarschijnlijk had ik die vier weken en een dag geleden ook niet. Als ik naar de definitie ga zoeken – en dat deed ik gisteren – klopt het niet. Ik had niet minstens drie van de opgesomde zeven symptomen en die moesten ook nog eens minstens vier dagen achter elkaar stand houden. Dat laatste was dus helemaal niet aan de orde. Misschien was ik wel gewoon boos op iemand omdat hij me voor de zoveelste keer onderbrak terwijl iets belangrijks wilde zeggen. Misschien herkende ik wel een situatie uit een echte manie. Misschien vergat ik tot tien te tellen. En misschien schatte ik deze ergernis niet goed in. Misschien…

Toch schrok ik wel. Het had nooit mogen gebeuren én ik voelde me op dat moment geweldig, misschien door al al die gelijkgestemden op dat forum van Babauta, en dat ik mezelf geweldig voelde, deed wel denken aan eerdere (hypo)manieën. Alles ging de eerste twee weken van mei ineens geweldig. Ik kon zonder moeite alles afvinken uit mijn gereedschapskoffer voor een goed gevoel. Na die (vermeende) hypomanie lukte dat na een paar dagen ineens niet.

Niet iedere ergernis wordt een manie

Dat schreef ik al in mijn boek. Dus besloot ik gisteren om vanaf maandag (overmorgen) weer te proberen alles uit mijn gereedschapskoffer voor een goed gevoel uit te voeren. Ik haal normaal gesproken toch al zeven uit tien. Maar ik heb nu gezien hoeveel beter ik me voel door net dat stapje extra te zetten. Dat wil ik proberen, zeker nu ik weet dat mijn hypomannie dat dus waarschijnlijk niet was. En het helpt ook dat ik kan vertrouwen op een goed signaleringsplan. Ik blijf dus ik durf het wel te proberen. Daarnaast ben ik al een week of drie bezig met het boek Zelfcompassie van Kristin Neff. Dat geeft hopelijk extra gereedschap om herhaling van (hypo)manieën of andere ellende te helpen voorkomen.

~~~

Afbeelding van PublicDomainPictures via Pixabay

Wat heeft mij het meest geholpen?

Geholpen is deze week de #wot, word/write on thursday. Ik heb een paar weken niet meegedaan maar zoals altijd begint het bloggen dan weer te kriebelen. En dat is het antwoord op de vraag uit de titel: wat heeft mij het meest geholpen? Het antwoord is simpelweg: blogs en de bloggers achter de blogs. Ik heb zo veel te dank aan alle blogs die ik gelezen heb, aan alle bloggers die ik leerde kennen, dat ik alleen kan stellen dat ze mijn leven volledig ten positieve veranderd hebben. Ik kan alleen maar hopen dat ik hetzelfde effect heb op andere bloggers.

Misschien moet ik hier toch wat uitleggen, al is grotendeels niet nodig omdat hier voor eigen parochie aan het preken bent, want dit is immers een blog, dus jullie zullen als lezers enigszins aanvoelen waar ik naartoe wil. Het gaat erom dat sommige bloggers mij met hun eigen enthousiasme voor een bepaald onderwerp dat ze in hun blog bespraken, mij zó nieuwsgierig maakten, dat ik wél moest gaan onderzoeken waar dat enthousiasme vandaan kwam.

En het bijzonder vervelende – maar niet heus – effect daarvan was weer dat ik ook enthousiast werd over het onderwerp waar hun enthousiasme naar uitging. Dat ik ging zoeken of ik er ook iets mee kon. Soms waren het dingen die ik ongemerkt al jaren deed, maar waar ik de betekenis of het belang niet van inzag. Als ik een Biggles-boek vertaalde werkte ik daar tijdenlang dagelijks aan, maar ik ging pas door Emma, Elja en Peter inzien dat dat best wel bijzonder was. Dat ik dat op andere vlakken ook kon inzetten. Dagelijks bloggen is me nooit echt gelukt, maar dankzij Peter ging ik bijna acht jaar geleden elke dag wandelen.

Iedere dag weer dus

En de rest is geschiedenis. Het zette mij aan het denken over dagelijkse gewoontes, het leidde ertoe dat ik technieken vond die ik eerst dagelijks gebruikte om mijn bipolaire stoornis in kaart te brengen en daarna iedere dag om deze stoornis veel beter onder controle te krijgen. En dat leidde weer tot een boek. Dat ligt nu hopelijk op goedkeuring te wachten bij een uitgeverij.

#wot word/write on thursday = geholpen

~~~

Image by Htc Erl from Pixabay

Niet alleen jouw mening, maar ook de mijne

Het was even stil op dit blog en het kan best zijn dat het nog even stil blijft. Er speelt van alles en ik merk dat al een tijdje de ruimte in mijn hoofd niet heb om te bloggen. Vandaag heb ik naar een aantal mensen die belangrijk voor me zijn iets uitgesproken wat me hopelijk verder kan helpen. Dat zal een kwestie van alertheid en lange adem blijven. Het is iets met een karaktertrek die op zich helemaal niet nadelig is, maar waarin ik in sommige situaties door kan schieten. En dan het het vervelende gevolgen hebben omdat het ertoe kan leiden dat ik mezelf vergeet.

Er is nu niks aan de hand, niemand neemt me wat kwalijk en daar ben ik dankbaar voor. Toch wil ik graag herhaling voorkomen omdat het achteraf in situaties kan brengen waarin ik niet lekker in mijn vel zit en ik daardoor mezelf tekort doe. En doordat ik mezelf tekort doe, kan ik dan een ander ook niet meer goed helpen. En dan voel ik me daar ook weer onzeker, ontevreden, of nog erger over.

Kortom, ik mag van mezelf wat beter voor mezelf opkomen. Ik moet me meer afvragen of ík degene ben die wil zeggen wat ik zeg. Als ik stiekem, onbewust of ondoordacht toch zeg wat een ander me heeft ingefluisterd, merk ik dat ik niet de gesprekken krijg die ik wil krijgen. Dan haal ik er niet uit wat ik eruit kan halen. Ik mag mezelf daarin best wat meer vertrouwen want ik kan best een gesprek voeren. En daar hoef ik niet iets uit weg te laten omdat iemand vindt dat je zoiets niet zegt of omdat dat anderen daar niets mee te maken hebben.

Openheid geven en ruimte scheppen

Ik wil graag eerlijker en opener communiceren en durven te kiezen voor bepaalde bouwstenen in mijn argumentatie, als ík denk dat dat het gesprek en de werkelijkheid buiten dat gesprek ten goede komt. Ik doe dat hier op dit blog, in mijn boek en soms ook al in gesprekken al wel en het levert mij veel wederzijdse openheid en begrip op. En dat wil meer, dus daar wil ik in gesprekken graag alert op blijven. Het zal misschien niet meevallen, maar ik ga wel mijn best doen om de mening van anderen iets meer te negeren.

Dat wil overigens niet zeggen dat ik die mening van anderen volledig terzijde schuif, maar ik wil wel wat ruimte voor mezelf creëren om na te denken. Dus heb ik een belangrijk gesprek, dan kan ik er maar beter voor zorgen dat als ik waarde hecht aan iemands mening dat ik er diegene dan uiterlijk een week van tevoren naar heb gevraagd. Zodat ik nog nog de tijd heb over die mening na te denken en ik niet voor een voldongen feit sta want morgen is dat belangrijke gesprek al.

En bij gesprekken met een kortere voorbereidingstijd wil ik dus meer mijn eigen gevoel voorrang geven.

~~~

Image by 👀 Mabel Amber, who will one day from Pixabay